Krabben
Geef hier waarnemingen door waarvan je de soortnaam niet weet.
Krabben horen tot de kreeftachtigen. Aan beide kanten 5 poten, de voorste met een schaar. Het staartstuk zit omgeklapt onder het schild, bij kreeften is het uitgeklapt. Omdat krabben af en toe van huid wisselen en verschalen worden ze ook wel schaaldieren genoemd (zie ook bij Vervellingshuid).
 Item 1 of 0
Geef hier waarnemingen door waarvan je de soortnaam niet weet.
Scharen en poten van krabben breken vaak af. Soms vind je de schilden. Aan fragmenten kun je vaak nog zien welke soort het was. Geef alleen waarnemingen door van fragmenten als je zeker bent van welke soort ze zijn. Ben je niet zeker van de soort, geef dan het totaal aantal krabbenfragmenten op.
 Item 1 of 0
Geef hier waarnemingen door waarvan je de soortnaam niet weet.
Krabbenhuid groeit niet mee. Krabben moeten soms vervellen (verschalen). Ze kruipen dan aan de achterkant uit hun jas en zijn kwetsbaar tot de huid is uitgehard. Zo'n huidje lijkt een krab zonder vlees. Het stinkt niet en de ogen zijn pigmentloos. Waarnemingen zonder soortnaam kun je hier doorgeven.
 Item 1 of 0
Geef hier waarnemingen door waarvan je de soortnaam niet weet.
Op een zandstrand zelf leven geen krabben. Je ziet ze wel bij strekdammen, vaak onder stenen en in geulen en getijdenpoelen (en in garnalennetjes van kinderen). Geef waarnemingen van ter plaatse levende krabben altijd door op de plek waar je ze ziet. Zo kunnen we de populatie volgen.
 Item 1 of 0
Ga naar gerelateerde link
|
Strandkrab
Carcinus maenas
Algemene krab met een rugschild dat ongeveer de vorm van een koffiefilter heeft (6-9 cm). Kleur en patronen variabel, vaak groen, oranje en bruin, soms met witte vlekken. Onderkant en poten vaak geeloranje. Achterste poten puntig, zonder de zwempeddels die zwemkrabben hebben.
 Item 1 of 0
Schild breder dan lang. Korrelig. Tussen de ogen 3 stompe tanden, de middelste groter. Zijkanten met 5 uitsteeksels. Scharen vaak oranje of groengeel met stippen, de eindpunten donker, bewegende vinger soms ook. Scharen met forse knobbels, de eerste twee in de grotere rechterschaar vaak gesplitst.
 Item 1 of 0
Vervellingshuidjes zijn vaak lichter dan het levende dier, vaak groengeel, oranje, doorschijnend. Het schild zit los en is van achteraf opklapbaar; vaak verdwenen, de oogdelen leeg. De kleine stippen op de schaar zijn bij verse vervellingshuidjes vaak nog zichtbaar.
 Item 1 of 0
Leeft in zand en slik tussen wier en stenen. Vaak in de getijdenzone maar ook tientallen meters diep. Zout en brakker water. Snelle ingravers. Mannetjes hebben een smaller achterlijf, vrouwtjes een breder, met daaronder de korrelige eieren (of soms het gladde parasitaire Krabbenzakje).
 Item 1 of 0
Ga naar gerelateerde link
|
Noordzeekrab
Cancer pagurus
Grootste Nederlandse krab (tot 30 cm) met een oranje tot roodbruin ovaal rugschild dat twee keer zo breed als lang is. De poten zijn deels roodoranje en geel. De onderzijde is vaak flets geeloranje. Forse scharen met zwarte schaarpunten. De ogen staan dicht bij elkaar.
 Item 1 of 0
Goed herkenbaar. Schild zeer breed met tussen de ogen drie kleine knobbeltjes. Zijkanten met 9-10 stompe knobbels. Bovenop oranjebruin of paarsbruin, onderop lichter. Schaarpoten zeer groot, fors, dik en hoekig, met grotendeels zwarte vingers met daarop grove knobbels. De poten zijn behaard.
 Item 1 of 0
Bij de vervellingshuid is het schild van achteraf opklapbaar of verdwenen. Vervellingshuiden vallen vaak deels uit elkaar. Oogdelen leeg. Vaak is de kleur wat fletser dan bij levende dieren.
 Item 1 of 0
Relatief traag bewegende krab. Grote dieren leven in dieper water, beneden de 5 meter, kleinere in het sublitoraal dichter bij de kust of zelfs in het litoraal (piertjes, stenen). De grote scharen sluiten traag, maar zijn zeer sterk. Noordzeekrabben zijn specialisten in het kraken van schelpdieren.
 Item 1 of 0
Ga naar gerelateerde link
|
Breedpootkrab
Portumnus latipes
Het Breedpootkrab-schild (tot 31 cm) lijkt langer dan breed, maar breedte en lengte zijn eigenlijk vrijwel gelijk. De kleur is grijsbruin vaak met grijswitte vlekjes. Het patroon kan variëren. In het midden zit vaak een grotere witte vlek. De achterste poten hebben versmalde zwempeddels.
 Item 1 of 0
Goed herkenbaar schild, met tussen de op korte steeltjes staande ogen 3 puntige uitsteeksels waarvan de middelste verder uitsteekt. Schaarpoten smal, meestal egaal grijs, vingers vaak wat lichter. Aan de poten een vliezige rij platte haren. De achterste twee poten lijken op smallere zwempeddels.
 Item 1 of 0
Vervellingshuidjes zijn meestal vrijwel compleet, met een van achteren opklapbaar schild, dat echter ook snel loslaat. Ze worden onder invloed van de zon zeer snel egaal bleekgrijs.
 Item 1 of 0
Algemeen langs zandkusten. Leeft ingegraven in het zand nabij de kust. Van de eblijn tot een diepte van 30 m. De dieren kunnen zich snel meerdere cm diep ingraven en zijn vooral ’s nachts actief. Ze leven vlak onder de kust en worden met garnalennetjes in de zomer door kinderen veel gevangen.
 Item 1 of 0
Ga naar gerelateerde link
|
Gewone zwemkrab
Liocarcinus holsatus
Schild tot 4,5 cm, soms groter, wat koffiefilter-vormig. Tussen de ogen 3 punten, de middelste vaak iets groter. Uiteinden achterste poten zoals bij alle zwemkrabben met vliezige ovale peddels. Grijsgroen of anders, scharen, peddels en poten oranje. Vaak lichter van kleur dan de andere zwemkrabben.
 Item 1 of 0
Poten, scharen, schilden of bijna complete dode dieren spoelen regelmatig aan. Scharen vaak oranje, met op de carpus (elleboog) 3 scherpe stekels. Levend en vers weten de meeuwen en raad mee. Stevige, vaak al stinkende karkassen geven aan dat het geen vervellingshuidjes zijn.
 Item 1 of 0
Vervellingshuidjes spoelen zeer veel aan. Soms met honderden tegelijk aanwezig in de vloedlijn of eblijn. Herkenbaar aan het verdwenen of weggeklapte schild zonder ogen.
 Item 1 of 0
Leeft vanaf de getijdenzone tot ver daar beneden op zachte bodems, bij voorkeur schoon zand, waarin ze zich ingraven. Het zijn goede zwemmers. Meest algemene zwemkrab. Wijfjes met eieren zijn het hele jaar te vinden.
 Item 1 of 0
Ga naar gerelateerde link
|
Grijze zwemkrab
Liocarcinus vernalis
Schild ca. 4,5 cm. Tussen de ogen 3 punten, de middelste iets kleiner dan de buitenste twee, of hetzelfde. Vaak met een gemarmerd tot gevlekt patroon van lichtrode, grijze of blauwe tinten. Van de zwempoten is de merus, het eerste grote pootsegment, langer en slanker dan bij de Gewone zwemkrab.
 Item 1 of 0
Fragmenten spoelen regelmatig aan. Zwempoten verschillen o.a. van de gewone zwemkrab door de langere merus (zie bij dood heel dier) en de zeer stompe tandknobbels op de carpus (elleboog). Verse schilden zijn zwak gekorreld en vaak gemarmerd, maar ook andere zwemkrabben hebben dit patroon soms.
 Item 1 of 0
Vervellingshuidjes spoelen regelmatig aan. Het kleurpatroon is dan vaag maar o.a. de soms kleinere middelste punt tussen de ogen, de vage tandknobbels op de carpus (elleboog) en het lange merus-pootsegment onderscheiden ze van de Gewone zwemkrab. (Let op: ook de Grijze zwemkrab heeft dit laatste).
 Item 1 of 0
Leeft vanaf de getijdenzone tot ruim 100 m diepte op zandbodems, waarin ze zich ingraven. Langs onze kust ook direct beneden de laagwaterlijn. Soms in garnalennetjes. Begin jaren '90 voor het eerst gemeld en herkend.
 Item 1 of 0
Ga naar gerelateerde link
|
Gemarmerde zwemkrab
Liocarcinus marmoreus
Schild tot 4,2 cm. Tussen de ogen 3 rij stompe tanden, de middelste soms iets kleiner dan de buitenste twee of even groot, Schild vaak gemarmerd met lichtrode, grijze of blauwe tinten. Van de zwempoten is de merus, het eerste grote pootsegment, langer en slanker dan bij de Gewone zwemkrab.
 Item 1 of 0
Fragmenten spoelen regelmatig aan. Zwempoten verschillen o.a. van de gewone zwemkrab door de langere merus (zie bij dood heel dier). De elleboog (carpus) is meer afgerond, met slechts 2 vage knobbels. Schilden zijn vrijwel glad en kunnen grijs, blauw of gemarmerd zijn.
 Item 1 of 0
Vervellingshuidjes worden weinig gemeld. Gezien de aanwezigheid van de soort moeten ze wel te vinden zijn. Het kleurpatroon kan vervaagd zijn, maar de kenmerken van de scharen en poten (o.a. carpus en merus) zijn wel te gebruiken.
 Item 1 of 0
Leeft vanaf de getijdenzone tot (minstens) 40 m diepte op zandbodems, waarin ze zich ingraven. Goede zwemmers. Langs onze kust vrij schaars, maar wordt toch af en toe gevonden.
 Item 1 of 0
Ga naar gerelateerde link
|
Fluwelen zwemkrab
Necora puber
Grote, brutale zwemkrab met een groot roodbruin rugschild tot ca 10 cm. O.a. herkenbaar aan de rode ogen en vaak blauwpaarse, soms roodachtige schaarpunten en pootdelen. Op het schild tussen de ogen 8-10 scherpe tandjes. Schild en lichaam bedekt met stugge haren. Achterpoten met zwempeddels.
 Item 1 of 0
Fragmenten spoelen regelmatig aan. Scharen zijn aan de lengte en vooral kleur goed herkenbaar. De beharing helpt ook mee, evenals op de overige poten de gekleurde strepen en omlijsting. Het schild is groot en aan de stekels tussen de ogen, en indien aanwezig aan de rode ogen, te herkennen.
 Item 1 of 0
Vervellingshuidjes zijn vaak nog goed herkenbaar als van deze soort, mede door het vaak nog deels aanwezige kleurpatroon rond de poten en peddels. Ze zijn ook groter.
 Item 1 of 0
Leeft op en tussen meer rotsachtig substraat, van de getijdenzone tot ca. 70 meter diepte. In Zeeland algemeen, maar ook langs de verdere kust aanwezig. Spoelt regelmatig aan. De dieren steken bij het minste of geringste de schaarpoten dreigend vooruit. Trekt in de winter de Oosterschelde uit.
 Item 1 of 0
Ga naar gerelateerde link
|
Gewimperde zwemkrab
Liocarcinus navigator
Schild tot 4,5 cm. Tussen de ogen ontbreken tanden. In plaats daarvan diverse stugge haren die recht vooruit staan. Vaak donkergroen of bruin, al dan niet met een vlekkenpatroon. De toppen van de scharen zijn paarsachtig blauw, een enkele keer oranje.
 Item 1 of 0
Fragmenten spoelen nu en dan aan. Het schild is goed herkenbaar aan het ontbreken van tandstekels en de aanwezige haren (kunnen afslijten).
 Item 1 of 0
Vervellingshuidjes worden nu en dan gemeld, meestal als het schild er nog aan zit.
 Item 1 of 0
Leeft zowel in de getijdenzone, als ver daar beneden in dieper water. Een duidelijk voorkeur voor een bepaald type bodem lijkt er niet te zijn. Wordt bijvoorbeeld vaak gezien nabij piertjes en havenhoofden. Ze graven zich opvallend snel in.
 Item 1 of 0
Ga naar gerelateerde link
|
Ruig krabbetje
Pilumnus hirtellus
Klein krabbetje (schild tot 2.5 cm). Schild en poten bezet met dikke stijve haren, vaak in bosjes. Voorrand van het schild zonder tanden. Scharen geeloranje tot paarsbruin met vaak donkere vingers. Vaak is een schaar groter dan de andere. Looppoten roodachtig met lichtere banden en stippen.
 Item 1 of 0
Schild breder dan hoog, tussen de ogen recht met een rij fijne stekeltjes. Aan de zijkanten vijf punten. Poten afgeplat en roodachtig met lichte dwarsbanden. Geen zwempeddels. Schaarpoten met aan de buitenkant knobbels. Op de donkere snijvlakken op de vaste schaarvinger scherpe knobbels.
 Item 1 of 0
Vervellingshuidjes worden weinig gevonden, hetgeen zowel met de kleine afmetingen als de betrekkelijke schaarsheid te maken heeft. Ze zijn herkenbaar aan de bosjes haren en de vaak donkere schaarvingers.
 Item 1 of 0
De dieren leven verscholen in holletjes tussen stenen en divers ander substraat, vanaf de getijdenzone tot diepten van ruim 70 meter. Voornamelijk in water met een hoog zoutgehalte. Niet in brak water. Ook op drijvende voorwerpen (pontons). Vooral in Zeeland (Oosterschelde).
 Item 1 of 0
Ga naar gerelateerde link
|